Contacteer ons!

Een druk- en debietmeting op het waternet moet nagaan of dit net voldoende water aanlevert om de automatische sprinklerinstallatie te bevoorraden.

Deze druk- en debietmeting wordt meestal uitgevoerd op het openbare waterdistributienet, maar ze kan ook worden uitgevoerd op één private site.

Een druk- en debietmeting moet beoordelen of het waternet voldoende water aanlevert om een automatische blusinstallatie (sprinklers) alsook andere brandbeveiligingsmiddelen te bevoorraden (voor de middelen die worden ingezet voor de eerste interventie gelden specifieke eisen).

Volgens de 'Voorschriften voor de vaste installaties van automatische hydraulische blussystemen' en meer bepaald artikel 1.2.1 van de 'Toelatingsvereisten van de installaties' gepubliceerd door ASSURALIA (Beroepsvereniging der Verzekeringsondernemingen) is enkel ANPI door ASSURALIA bevoegd om debiet- en drukmetingen uit te voeren op het openbare waterdistributienet.

De afdeling FID (Fire Inspection Department) beschikt over het bevoegde personeel en geijkte meetapparatuur die geschikt is voor het uitvoeren van deze debiet- en drukmetingen.

De FID neemt contact op met de watermaatschappij die het net bedient waarop het betreffende risico zich voordoet. 

- op het waternet waarop de sprinklerinstallatie is aangesloten, wordt er een manometer geplaatst op één punt (hydrant) en er worden 1 of 2 debietmeters aangesloten op een ander punt (hydrant);

- de statische druk (bij nuldebiet) wordt gemeten;

- het debiet wordt opgedreven tot het maximum. Indien het verschil tussen de statische druk en de restdruk groot genoeg is, worden er vijf tussentijdse metingen uitgevoerd.

Er is duidelijk een verschil tussen een sterk vertakt openbaar waterdistributienet en een niet-vertakt waternet. Voor een niet-vertakt leidingnet wordt bovenstaande procedure slechts één keer toegepast. In het geval van een sterk verweven net wordt deze procedure uitgevoerd telkens nadat een of meerdere afsluitkleppen van het openbare waterdistributienet zijn geactiveerd. Er wordt een inspectierapport opgesteld op basis van bovenvermelde gegevens. Het rapport vermeldt ook de corresponderende debiet-drukcurve(n) en de formule om gelijk welke druk te berekenen voor een welbepaald debiet binnen het gemeten bereik, alsook een schema van het waterdistributienet op basis van de door de watermaatschappij geleverde gegevens waarop de meetpunten en de aansluitlocatie van de sprinklerinstallatie staan aangegeven.

Druk- en debietmeting op het private bluswaternetwerk. Bij het plaatsen van de hydraulische blusinstallaties die worden gebruikt voor de eerste interventie, zoals hydranten en brandblusinstallaties met brandkraan en vaste slangenhaspel, komt het slechts heel zelden voor dat deze systemen worden opgeleverd. Toch wordt er regelmatig vermeld op de instructiebladen waarop feedback over de ervaringen wordt gegeven dat deze uitrustingen bij een brand niet correct werken. Wij hechten zeer veel belang aan de prestaties van de geïnstalleerde systemen ter plaatse en meer bepaald aan de kenmerken van het debiet/druk wanneer meerdere systemen tegelijkertijd actief zijn. Deze tests vormen een garantie voor de efficiëntie op het moment dat de systemen effectief nodig zijn (urgentie en brand). De conclusie van onze rapporten haalt in vele gevallen de noodzaak aan om een overdrukpomp te installeren.

 

Een druk- en debietmeting op het private waternet moet beoordelen of dit net voldoende water aanlevert voor de watervoorziening.

 

De afdeling FID (Fire Inspection Department) beschikt over het bevoegde personeel en geijkte meetapparatuur die geschikt is voor het uitvoeren van deze debiet- en drukmetingen.

 

De FID voert de debiet- en drukmetingen als volgt uit:

-              op het leidingstelstel waarop de sprinklerinstallatie is aangesloten, wordt er een manometer geplaatst op één punt (hydrant) en er worden 1 of 2 debietmeters aangesloten op een ander punt (hydrant);

-              de statische druk (bij nuldebiet) wordt gemeten;

-              het debiet wordt opgedreven tot het maximum. Indien het verschil tussen de statische druk en de restdruk groot genoeg is, worden er vijf tussentijdse metingen uitgevoerd.

Er is duidelijk een verschil tussen een sterk vertakt waterleidingnet en een niet-vertakt waternet. Voor een niet-vertakt net wordt bovenstaande procedure slechts één keer toegepast. In het geval van een sterk vertakt net wordt deze procedure uitgevoerd telkens nadat een of meerdere afsluitkleppen van het leidingstelsel zijn geactiveerd. Er wordt een inspectierapport opgesteld op basis van bovenvermelde gegevens. Het rapport vermeldt ook de corresponderende debiet-drukcurve(n) en geeft ook op basis van de door de watermaatschappij geleverde gegevens een schema van het leidingstelsel met vermelding van de meetpunten.

Kwaliteitsmerken